Overslaan en naar de inhoud gaan

Wellens pilotenkoppel vliegt Europa rond voor Brussels Airlines: “Thuis is Mio de baas, in de lucht ben ik dat”

door Jozef Croughs
datum25/08/2024
geenreactie

Mio Koike (33) en Sander Gelade (34) delen niet alleen hun liefde voor de luchtvaart, maar ook voor elkaar. Het Wellense koppel vliegt samen de halve wereld rond voor luchtvaarmaatschappij Brussels Airlines: hij als kapitein, zij als copiloot “Thuis is Mio de baas, in de lucht ben ik dat”, grapt Sander.

In hun gezellige appartement in hartje Haspengouw verraden de schaalmodellen van vliegtuigjes meteen dat hier twee mensen met een passie voor vliegen wonen. De twee stapten onlangs in het huwelijksbootje, maar doorklieven als koppel al bijna vijf jaar het Europese luchtruim voor Brussels Airlines.  “Eén of twee keer per maand zitten we samen als piloot en copiloot in de cockpit, dat blijven de mooiste vluchten”, vertelt het enthousiaste Wellense echtpaar. 

Een Limburgs pilotenkoppel dat niet alleen de lakens, maar ook de cockpit deelt is bij ons weten uniek. Hoe zijn jullie bij Brussels Airlines beland?

Sander: “Net als zoveel jongens droomde ik als kind ervan om F16-piloot te worden. Op mijn zestiende ben ik begonnen bij de Belgische luchtcadetten. Daar leer je vliegen met een zweefvliegtuig, als opstapje naar een militaire luchtvaartopleiding. Zover is het helaas nooit gekomen. Ik ben door Defensie afgekeurd voor een lichte afwijking aan mijn rechteroog. Vandaag zijn die regels een pak minder streng, maar ik mocht meteen een kruis maken over mijn droom. Zo ben ik in de commerciële luchtvaart gerold. Ik ben na het middelbaar begonnen aan mijn pilotenopleiding en in 2010 aan de slag gegaan bij Brussels Airlines.”

Mio: “Ik heb als kind héél vaak gevlogen, samen met mijn zusje. Wij woonden in Schilde, maar mijn mama heeft Japanse roots terwijl mijn papa’s zus in Spanje woont. Onze zomervakanties verdeelden we tussen Spanje en Japan. Mijn zus en ik vlogen meestal alleen en werden dan extra in de watten gelegd door het personeel. Ze lieten ons soms zelfs in de cockpit piepen. Zo is sz liefde voor de luchtvaart gegroeid. Ik heb eerst Japanologie aan de KU Leuven gestudeerd, maar kluste toen al bij als jobstudent bij TUI Fly. Meteen na mijn universitaire studies ben ik gestart met de pilotenopleiding en vijf jaar geleden mocht ik beginnen bij Brussels Airlines als copiloot.”

Hebben jullie elkaar in de lucht leren kennen?

Sander: “Nee, ik was Mio’s instructeur tijdens haar grondopleiding. Of het liefde op het eerste gezicht was? Laat ons zeggen dat er meteen een goeie klik was (lacht). Mio is uiteraard een fantastische vrouw, maar de vonk is pas echt overgesprongen toen we elkaar opnieuw tegenkwamen in de simulator.”

Mio: “Het toeval wou dat Sander net aan zijn opleiding tot kapitein begon toen ik moest trainen in de simulator. We raakten er opnieuw aan de praat en zo is van het een het ander gekomen.”

Sander: “Ik heb altijd gezegd dat ik werk en privé strikt gescheiden wilde houden, maar dat is totaal mislukt want intussen zijn we bijna vijf jaar samen. Begin deze zomer zijn we getrouwd.”

Jullie leerden elkaar eind 2019 kennen, vlak voor de luchtvaart op slot ging door de coronacrisis. Als relatietest kon dat wellicht tellen?

Sander: “Een paar maanden na onze eerste date waren we plots technisch werkloos. We zijn toen versneld gaan samenwonen, hier in Wellen. Ineens hadden we héél veel vrije tijd om elkaar te leren kennen.”

Mio: “We hebben die periode heel intens samengeleefd en daar ook heel hard van genoten. Al kwam na verloop van tijd ook de onzekerheid piepen. Moeten we niet op zoek naar een back-up voor als onze job straks niet meer zou bestaan? We wisten immers niet hoe lang die crisis zou blijven duren. Daar kwam nog bij dat ik geen twee seconden kan stil zitten, dus ik ben toen aan een avondopleiding rechten. Zaterdag leg ik mijn laatste examen af.”

Sander: “Ik ben tijdens de lockdown mee in het familiebedrijf van mijn opa gestapt: Bomen Gelade.  Hij was voorzichtig aan het afbouwen en ik wilde de boomkwekerij niet verloren laten gaan. Toen opa vorig jaar op zijn 87e verplicht op pensioen moest voor zijn gezondheid heb ik de zaak overgenomen. Nu combineer ik beide jobs. Dat is keihard werken, maar in de winter – het drukste seizoen voor de boomkwekerij – vlieg ik slechts halftijds. Dan gebeurt het regelmatig dat ik ’s morgens nog in het veld bomen sta te verpotten en ’s avonds achter de stuurknuppel van een Airbus kruip. Of andersom, om je hoofd leeg te maken na een drukke vlucht. Twee totaal verschillende werelden, maar ik zou geen van de twee kunnen missen.”

Vliegen jullie vaak samen?

Mio: “Ongeveer één keer per maand, afhankelijk van hoe onze werkschema’s vallen. Die mag je niet zelf kiezen, maar de planning probeert ons wel minstens één keer samen te zetten. We vliegen allebei op de korte en middellange routes, binnen Europa en Noord-Afrika.”

Loopt dat soepel, als koppel in de cockpit?

Sander: “Er is daar vooral geen plaats voor romantiek. We doen dan onze job en zijn honderd procent gefocust. Collega’s die voor het eerst met ons meevliegen, hebben vaak niet eens door dat we man en vrouw zijn. We gaan uiterst professioneel met elkaar om, want het is en blijft een job met een grote verantwoordelijkheid.

Hoe ziet de taakverdeling er in de lucht uit?

Mio: “Ik ben copiloot, maar die heeft precies hetzelfde takenpakket als de piloot. Er is altijd één persoon die vliegt, terwijl de andere de rest van de taken op zich neemt zoals de vluchtroute en de communicatie met de luchttorens. Op de terugvlucht wisselen de rollen om.”

Sander: “Als kapitein ben ik wel de eindverantwoordelijke. Als er knopen moeten worden doorgehakt, kijkt iedereen naar mij. Ik heb al twee keer meegemaakt dat een passagier aan boord een hartaanval kreeg. Dan is het de kapitein die beslist waar we een eventuele noodlanding maken. Ik zeg altijd: Thuis is Mio de baas, maar in de lucht ben ik dat (lacht).”

Mio: “Het heeft natuurlijk ook zijn voordelen, samen vliegen. De vluchtvoorbereiding kunnen we samen aan de keukentafel doen en in de lucht hebben we aan een half woord genoeg om elkaar te begrijpen.”

Sander: “Het blijft iets uniek, samen met je partner de wereld rondvliegen. Dat beseffen we maar al te goed en daar proberen we ook echt van te genieten. Als het een vlucht met overnachting in het buitenland is, proberen we er steeds bijzonder van te maken. Dan bezoeken we er samen een museum, gaan we gezellig op restaurant en ’s morgens met zijn tweeën joggen in de stad,… Die waardevolle momenten koesteren we. Dat zijn onze favoriete vluchten.”

Krijgen jullie de job gecombineerd met het gezinsleven?

Sander: “Het is vaak erg hectisch. Het gebeurt soms dat ik midden in de nacht op Zaventem land en Mio een halfuurtje later opstijgt. Dan spreken we in de luchthaven nog snel even af voor een date aan de Starbucks. In de zomer vlieg ik fulltime, want betekent dat je vier of vijf dagen werkt en dan een paar dagen thuis bent.”

Mio: “Ik hou van deze job, maar het is niet altijd rozengeur en maneschijnen. De vertragingen, stress, onregelmatige vlieguren,…dat kan slopend zijn. Vandaar dat ik nu al deeltijds op kantoor werk, als safety manager. Als ik eenmaal mijn bachelor rechten op zak heb, hoop ik daarmee aan de slag te kunnen op onze juridische afdeling. Want heel weinig mensen van het legal department weten hoe het er op het terrein aan toe gaat.”

Alsof het vliegen en je studies nog niet voldoende waren, klus je ook nog bij als flexijobber in de horeca Mio. Vanwaar die keuze.

Mio: “Ik ben al snel in onze relatie van Schilde naar Wellen verhuisd. Als Sander moest vliegen, zat ik alleen thuis. Ik had hier geen sociaal netwerk en daarom ben ik gaan flexijobben in een restaurant. Dat doe ik nu nog zo’n vier avonden per maand. Zo’n drukke servies afwerken is echt verstand op nul zetten en gaan. Daar kan ik echt van genieten, want ik de lucht heb je constant honderd-en-een dingen aan je hoofd.”

Sander: “Nu combineren we elk twee jobs, maar als er ooit kinderen komen zullen we het ongetwijfeld iets rustiger aan moeten gaan doen. Hoe we dat precies gaan invullen, zal de tijd uitwijzen. Maar geen van ons twee zou het vliegen ooit volledig kunnen mensen denk ik.”

Mio: “Als we dan toch mogen dromen: wie weet kopen we ooit een eigen toestel en kunnen we daarmee de wereld rondvliegen samen met onze kinderen.”

Stad / Gemeente

Reageer op dit bericht

Platte tekst

  • Geen HTML toegestaan.
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.
  • Web- en e-mailadressen worden automatisch naar links omgezet.